• Spring naar de hoofdnavigatie
  • Door naar de hoofd inhoud
  • Spring naar de voettekst
0513 – 41 34 44
Van der Wal & Bergsma

Van der Wal & Bergsma

Accountants | Belastingadviseurs

  • Wat wij doen
  • Werken bij
  • Nieuws
  • Contact

Internationaal

Nieuw belastingverdrag met België

juli 13, 2023 by VDWB

Nederland en België hebben een nieuw belastingverdrag ondertekend. Het nieuwe verdrag vervangt het huidige verdrag, dat dateert van 2001. Enkele knelpunten van het huidige verdrag zijn door nieuwe bepalingen opgelost. Die knelpunten betreffen leraren en hoogleraren en sporters en artiesten die over de grens werken. (Hoog)leraren betalen voortaan in beginsel belasting in het land waar zij werken. Zij worden dan hetzelfde behandeld als andere werknemers. Sporters en artiesten zijn onder het nieuwe verdrag bij een kortdurend optreden over de grens geen belasting in het land waar zij optreden verschuldigd, maar alleen in hun woonland.

Het nieuwe belastingverdrag bevat verdergaande bepalingen om belastingontwijking door misbruik van het verdrag tegen te gaan. Deze bepalingen komen voort uit het BEPS-project (Base Erosion and Profit Shifting) van de OESO.

Het nieuwe verdrag bevat twee aanpassingen voor dga’s, die naar België zijn geëmigreerd. Nederland mag tot tien jaar na de emigratie dividenden van de eigen bv aan de dga belasten, ook als de bv is meeverhuisd naar België. België zal geen belasting heffen bij verkoop of liquidatie van de bv als er nog een Nederlandse belastingclaim openstaat. Die claim moet betrekking hebben op de waardeaangroei van de aandelen in de periode dat de dga inwoner van Nederland was.

Over de situatie van grenswerkers, die thuiswerken, zijn de onderhandelingen nog niet afgerond.

De parlementen in beide landen moeten goedkeuring geven aan het verdrag voordat het in werking kan treden. Nederland en België zullen een gezamenlijke toelichting op het verdrag opstellen.

Bron: Ministerie van Financiën | overig | 20-06-2023

Categorie: Internationaal

Conceptbesluit overgangsrecht Brexit zonder overeenkomst

maart 13, 2019 by VDWB

De staatssecretaris van Financiën heeft een conceptbesluit met overgangsrecht gepubliceerd voor het geval het Verenigd Koninkrijk de Europese Unie verlaat zonder overeenkomst. Het besluit bevat een algemene goedkeuring voor een aantal belastingwetten, waardoor het Verenigd Koninkrijk voor het jaar 2019 c.q. voor boekjaren die vóór 30 maart 2019 zijn aangevangen beschouwd wordt als lid van de Europese Unie. De algemene goedkeuring geldt voor:

  • de Wet inkomstenbelasting 2001;
  • de Wet op de loonbelasting 1964 (met deels een verlengde overgangsperiode voor alleen bestaande gevallen);
  • de Wet vermindering afdracht loonbelasting en premie voor de volksverzekeringen;
  • de Wet op de vennootschapsbelasting 1969;
  • de Algemene wet inzake rijksbelastingen; en
  • de op deze wetten betrekking hebbende algemene maatregelen van bestuur, ministeriële regelingen en beleidsbesluiten.

Daarnaast bevat dit besluit specifieke goedkeuringen voor de Loonbelasting, de Invorderingswet en de bpm. De specifieke goedkeuring voor de Loonbelasting betreft de toepassing van het anoniementarief en de identificatieplicht. Tot 15 maanden na de terugtrekking uit de EU worden VK-burgers en hun familieleden niet beschouwd als vreemdeling in de zin van de Vreemdelingenwet. Dat betekent dat zij geen verblijfsvergunning en tewerkstellingsvergunning nodig hebben om toepassing van het anoniementarief te voorkomen.

De goedkeuring voor de Invorderingswet betreft uitstel van betaling voor aanslagen inkomstenbelasting en vennootschapsbelasting over belastingjaren tot en met 2019. De specifieke goedkeuring voor de bpm betreft de export van een motorvoertuig voor 30 maart 2019 als dat voertuig binnen drie maanden wordt ingeschreven in het kentekenregister van het VK.

Bron: Ministerie van Financiën | besluit | 2019-0000037232 | 13-03-2019

Categorie: Internationaal

Reisdagen naar werk in buitenland tellen mee voor aftrek elders belast

maart 6, 2019 by VDWB

Een inwoner van Nederland, die werkzaam is in het buitenland, heeft mogelijk recht op aftrek ter voorkoming van dubbele belasting wanneer zijn inkomen ook in het buitenland belast is. Wanneer Nederland met het betreffende land een verdrag ter voorkoming van dubbele belastingheffing heeft gesloten, bepaalt het verdrag aan welk land de heffingsbevoegdheid over de in het buitenland verdiende beloning is toegewezen. Wanneer dat het werkland is, moet het woonland aftrek ter voorkoming van dubbele belasting verlenen voor deze beloning. Volgens een arrest van de Hoge Raad moet, wanneer het bedrag van de aan het buitenland toe te rekenen beloning niet kan worden vastgesteld aan de hand van salarisspecificaties, dit naar tijdsevenredigheid afgeleid worden uit het jaarloon. Dat gebeurt door middel van de dagenbreuk. De teller van deze breuk bestaat uit het aantal dagen waarop in de werkstaat is gewerkt. De noemer bestaat uit het aantal kalenderdagen, verminderd met weekeinddagen, vakantiedagen, feestdagen en andere dagen waarop niet gewerkt hoefde te worden.

De wijze van berekening van de aftrek ter voorkoming van dubbele belasting was inzet van een procedure bij de rechtbank. De procedure betrof een in Nederland wonende werknemer, die een deel van zijn werkzaamheden verrichtte in Frans-Guyana. Meer specifiek ging het om de vraag of de reisdagen van en naar Frans-Guyana geheel of gedeeltelijk als in het buitenland gewerkte dagen meetelden. De werknemer was van mening dat de reisdagen op grond van het belastingverdrag tussen Nederland en Frankrijk geheel aan het werkland moesten worden toegerekend. De Belastingdienst meende dat alleen aftrek ter voorkoming van dubbele belasting verleend hoefde te worden voor zover de dienstbetrekking feitelijk op het grondgebied van Frans-Guyana is uitgeoefend. Dat gold niet voor de reisdagen.

De rechtbank rekende de reisdagen geheel toe aan de gewerkte dagen, omdat de werknemer op die dagen vanuit Frans-Guyana is vertrokken of daar is aangekomen. Doorslaggevend daarvoor was dat de werkgever de reisdagen doorbetaalde en dat de reisdagen aansloten op het verrichten van werkzaamheden in Frans-Guyana.

Bron: Rechtbank | jurisprudentie | ECLINLRBNNE2019725, LEE 18/1737, 18/1738, 18/1739, 18/1740 | 06-03-2019

Categorie: Internationaal

Zwarte lijst laagbelastende landen

januari 4, 2019 by VDWB

Nederland heeft een lijst van laagbelastende landen samengesteld, die wordt gebruikt bij nieuwe maatregelen tegen belastingontwijking. De lijst bevat 21 landen en is gepubliceerd in de Staatscourant.

Naast de vijf landen van de zwarte lijst van de Europese Unie heeft Nederland landen opgenomen zonder winstbelasting of met een winstbelasting met een tarief van minder dan 9%. De lijst bevat de volgende landen: Amerikaans Samoa, de Amerikaanse Maagdeneilanden, Anguilla, de Bahama’s, Bahrein, Belize, Bermuda, de Britse Maagdeneilanden, Guam, Guernsey, Isle of Man, Jersey, de Kaaimaneilanden, Koeweit, Qatar, Samoa, Saudi-Arabië, Trinidad en Tobago, de Turks- en Caicoseilanden, Vanuatu en de Verenigde Arabische Emiraten.

De lijst wordt gebruikt bij de aanvullende controlled foreign company (CFC)-maatregel, die per 1 januari 2019 is ingegaan. Deze maatregel moet voorkomen dat bedrijven belasting ontwijken door mobiele activa te verschuiven naar een laagbelastend land.
De lijst wordt daarnaast gebruikt bij de nog in te voeren conditionele bronbelasting op rente en royalty’s. Bedrijven die zijn gevestigd in een van de landen op de Nederlandse lijst zullen met ingang van 2021 een belasting van 20,5% betalen over de rente en royalty’s die zij uit Nederland ontvangen.
De Belastingdienst geeft geen nieuwe rulings af over transacties met bedrijven die gevestigd zijn in een van de landen op de lijst.

Bron: Ministerie van Financiën | publicatie | 04-01-2019

Categorie: Internationaal

Vernieuwing rulingpraktijk

november 29, 2018 by VDWB

De staatssecretaris van Financiën heeft in een brief aan de Tweede Kamer de vernieuwde rulingpraktijk uiteengezet. De vernieuwing omvat de volgende maatregelen.

  • De Belastingdienst publiceert van elke afgegeven internationale ruling een geanonimiseerde samenvatting.
  • De Belastingdienst publiceert in een jaarverslag alle rulings met een internationaal karakter.
  • Alle rulings met een internationaal karakter worden periodiek onderzocht door onafhankelijke experts.
  • In het jaarverslag zal worden ingegaan op belangrijke vragen die dat jaar in de uitvoering zijn beantwoord zodat deze breed bekend worden gemaakt.
  • De afgifte van rulings met een internationaal karakter wordt binnen de Belastingdienst centraal gecoördineerd. Er komt een apart College Internationale Fiscale Zekerheid dat de vereiste tweede handtekening zet onder af te geven rulings.
  • Er komt een strengere norm waaraan belastingplichtigen moeten voldoen om een ruling met internationaal karakter te krijgen. De huidige substance-eisen worden vervangen door het vereiste van reële bedrijfseconomische operationele activiteiten in Nederland.
  • De Belastingdienst gaat meer letten op het doel van de structuur waarvoor een ruling wordt gevraagd. Er wordt geen ruling afgegeven als het doorslaggevende motief belastingbesparing is.
  • Rulings met een internationaal karakter worden afgegeven voor maximaal vijf jaar. Alleen in uitzonderlijke gevallen kan de looptijd worden verlengd tot maximaal tien jaar.
  • Er komt een vaste vormgeving voor alle rulings met een internationaal karakter.
  • De Belastingdienst geeft in de toekomst geen rulings af over transacties met entiteiten in landen die op de EU-lijst van niet-coöperatieve rechtsgebieden staan of die kwalificeren als laagbelastend land.

De staatssecretaris wil deze wijzigingen per 1 juli 2019 doorvoeren en in laten gaan.

Bron: Ministerie van Financiën | publicatie | 29-11-2018

Categorie: Internationaal

Footer

Contactgegevens

Torenstraat 48
8501 BW Joure
0513 – 41 34 44

info@vanderwalbergsma.nl

Documenten

Disclaimer
Algemene voorwaarden
Privacy verklaring
Privacy voorwaarden
Klachten

Lidmaatschappen

Webdesign: Reclamebureau "Studio Daan & Ed"