• Spring naar de hoofdnavigatie
  • Door naar de hoofd inhoud
  • Spring naar de voettekst
0513 – 41 34 44
Van der Wal & Bergsma

Van der Wal & Bergsma

Accountants | Belastingadviseurs

  • Wat wij doen
  • Werken bij
  • Nieuws
  • Contact

VDWB

Tabelcorrectiefactor en arbeidskorting 2019

november 22, 2018 by VDWB

De staatssecretaris van Financiën heeft in een brief aan de Tweede Kamer de hoogte van de tabelcorrectiefactor en de arbeidskorting voor 2019 meegedeeld.

Tabelcorrectiefactor
De tabelcorrectiefactor, dat is de indexatiefactor voor diverse bedragen in de belastingwet- en regelgeving, bedraagt voor 2019 1,012.

Abeidskorting
De arbeidskorting wordt jaarlijks aangepast aan de hand van de tabelcorrectiefactor en aan de ontwikkeling van het wettelijk minimumloon per 1 januari van het lopende jaar ten opzichte van 1 januari van het volgende jaar. Dat heeft tot gevolg dat de arbeidskorting er in 2019 als volgt uitziet. Tot een inkomen van € 9.694 per jaar bedraagt de arbeidskorting 1,754% van het arbeidsinkomen, met een maximum van € 170. Bij een arbeidsinkomen vanaf € 9.694 per jaar bedraagt de arbeidskorting € 170 plus 28,712% van het arbeidsinkomen boven € 9.694. De arbeidskorting kent een maximum van € 3.399. Dit maximum wordt bereikt bij een arbeidsinkomen van € 20.940. Boven een inkomen van € 34.060 per jaar wordt de berekende arbeidskorting verminderd met 6,0% van het meerdere inkomen. De arbeidskorting bedraagt nihil bij een arbeidsinkomen vanaf € 90.710.

Bron: Ministerie van Financiën | publicatie | 22-11-2018

Categorie: Inkomstenbelasting

Hoogte eigenwoningforfait 2019 bekend

november 22, 2018 by VDWB

De staatssecretaris van Financiën heeft in een brief aan de Tweede Kamer de hoogte van het eigenwoningforfait voor 2019 meegedeeld.

Het eigenwoningforfait zal in 2019 0,65% van de eigenwoningwaarde bedragen. De eigenwoningwaarde is de WOZ-waarde van het voorgaande jaar. In 2018 is het eigenwoningforfait 0,70%. De aanpassing is een gevolg van de stijging van het indexcijfer van de woninghuren en de stijging van de woningwaarden. Het eigenwoningforfait wordt na indexering naar beneden afgerond op een veelvoud van 0,05%.

Bron: Ministerie van Financiën | publicatie | 22-11-2018

Categorie: Inkomstenbelasting

Tweede Kamer neemt Belastingplan 2019 aan

november 16, 2018 by VDWB

De Tweede Kamer heeft de wetsvoorstellen, die gezamenlijk het Belastingplan 2019 vormen, aangenomen. Het gaat om de wetsvoorstellen Belastingplan 2019, Overige Fiscale Maatregelen 2019, Fiscale Vergroeningsmaatregelen 2019, Bedrijfsleven 2019, Implementatie EU-richtlijn ATAD1, Modernisering Kleineondernemersregeling in de omzetbelasting, Implementatie artikel 1 Richtlijn Elektronische Handel in de omzetbelasting en de aanpassing van de kansspelbelasting voor sportweddenschappen. Via amendementen zijn enkele wijzigingen aangebracht in de oorspronkelijke wetsvoorstellen Belastingplan 2019, Fiscale Vergroeningsmaatregelen 2019 en Implementatie EU-richtlijn ATAD1.

Zo is een wijziging aangebracht in de Gemeentewet die gemeenten de mogelijkheid geeft om voor sportaccommodaties, dorpshuizen en andere sociaal belang behartigende instellingen het tarief voor woningen te hanteren in de onroerendezaakbelasting in plaats van het tarief voor niet-woningen. Het tarief voor woningen is meestal lager dan het tarief voor niet-woningen.

In de afvalstoffenbelasting is een wijziging aangebracht in de vorm van een vrijstelling voor de afgifte van afzonderlijk aangeboden asbest en asbesthoudende producten afkomstig van asbestdaken. Tegelijk wordt het tarief van de afvalstoffenbelasting verhoogd met 73 cent van € 31,39 naar € 32,12 per 1.000 kilogram afvalstoffen.

Voor de controlled foreign company-maatregel ter beperking van de deelnemingsvrijstelling in de vennootschapsbelasting is sprake van een gecontroleerd lichaam als dat lichaam is gevestigd in een laagbelastende staat. Van een laagbelastende staat is onder andere sprake bij een winstbelasting van minimaal 9%. Dat tarief is bij amendement gewijzigd; het wetsvoorstel ging uit van een tarief van 7%.

Bron: Ministerie van Financiën | wetsvoorstel | 35026 | 16-11-2018

Categorie: Belastingplan

Vrijstelling assurantiebelasting voor brede weersverzekering

november 15, 2018 by VDWB

Het kabinet wil de brede weersverzekering voor landbouwers aantrekkelijker maken door deze vrij te stellen van assurantiebelasting. Dat heeft de staatssecretaris van Financiën gezegd in reactie op een motie van de Tweede Kamer waarin om die vrijstelling is gevraagd. De staatssecretaris tekent daarbij aan dat niet zeker is of een vrijstelling van assurantiebelasting EU-rechtelijk houdbaar is, omdat er al een tegemoetkoming voor de premie van de brede weersverzekering bestaat. De Europese Commissie zal worden verzocht om goedkeuring te verlenen aan de invoering van de vrijstelling in de assurantiebelasting voor de brede weersverzekering. Het is de bedoeling dat een voorstel tot invoering van de vrijstelling wordt opgenomen in het Belastingplan 2020.

Bron: Ministerie van Financiën | publicatie | 2018-0000188216 | 15-11-2018

Categorie: Assurantiebelasting

Btw-heffing kortingsbonnen

november 15, 2018 by VDWB

Per 1 januari 2019 verandert de wet- en regelgeving voor de heffing van omzetbelasting ten aanzien van vouchers. Dat is het gevolg van een aanpassing van de Europese btw-richtlijn 2006. In verband hiermee wordt het Uitvoeringsbesluit omzetbelasting 1968 (UBOB 1968) aangepast. In het UBOB 1968 is een regeling opgenomen voor de btw-behandeling van zegels en waardebonnen.

Het gaat om gevallen waarin de ondernemer bij de levering van goederen aan zijn afnemers gratis waardebonnen verstrekt, die bij hem of bij een andere ondernemer kunnen worden ingewisseld tegen goederen, al dan niet met bijbetaling. Waardebonnen die kunnen worden ingewisseld tegen goederen of diensten zonder bijbetaling vallen onder de per 1 januari 2019 geldende wettelijke regeling voor vouchers. Waardebonnen die kunnen worden ingewisseld tegen goederen of diensten met bijbetaling zijn kortingsbonnen. Voor kortingsbonnen wordt een regeling opgenomen in het UBOB 1968. De nieuwe regeling gaat ook gelden voor waardebonnen die niet gratis worden verstrekt. Er zijn waardebonnen die naar keuze kunnen worden gebruikt als voucher voor bepaalde goederen of diensten of als kortingsbon voor andere goederen of diensten. Deze waardebonnen vallen onder de toepassing van het UBOB 1968 voor zover zij worden gebruikt als kortingsbon. De regels voor kortingsbonnen in het UBOB 1968 sluiten aan op de in de Wet OB 1968 opgenomen heffingsregels voor vouchers.

De nieuwe regeling voor kortingsbonnen is als volgt. De ondernemer, die bij de levering van goederen of diensten kortingsbonnen verstrekt, wordt btw verschuldigd over de vergoeding, ook als een deel van de vergoeding betrekking heeft op de kortingsbonnen. De verstrekking van de kortingsbonnen heeft pas gevolg voor de btw-heffing bij de inwisseling ervan. Over de bijbetaling bij de inwisseling van de kortingsbonnen moet btw worden berekend vermeerderd met het bedrag dat voor de bonnen is betaald.

Bron: Ministerie van Financiën | besluit | Staatsblad 2018 383 | 15-11-2018

Categorie: Omzetbelasting

Is de lening aan de bv (nog) zakelijk?

november 15, 2018 by VDWB

Een lening die een dga verstrekt aan zijn bv valt door de werking van de terbeschikkingstellingsregeling in box 1 van de inkomstenbelasting. De rente die de bv betaalt is aftrekbaar van de winst en bij de dga progressief belast. Wanneer de bv niet meer aan haar rente- en aflossingsverplichtingen kan voldoen, is de vordering minder waard. De dga kan deze waardevermindering ten laste van zijn inkomen brengen, tenzij de lening onzakelijk is. Dat is het geval als de dga een debiteurenrisico loopt dat een onafhankelijke derde niet zou hebben geaccepteerd. De waardevermindering van een onzakelijke lening is een netto vermogensverlies.

Voor u overgaat tot het verstrekken van een lening aan uw bv is het raadzaam na te gaan of een bank bereid zou zijn om een financiering te verstrekken op vergelijkbare condities om het risico op onzakelijkheid van de lening te verkleinen. Factoren die de zakelijkheid van een lening beïnvloeden zijn de hoogte van de lening in verhouding tot het eigen vermogen, de looptijd, de aflossingsverplichtingen, het rentepercentage, een achterstelling bij andere schulden en de verstrekte zekerheden. Overigens geldt ook bij borgstelling voor schulden van de bv dat u zakelijk dient te handelen.

Om discussie over de zakelijkheid te beperken is het raadzaam om een leningovereenkomst op te stellen en een zakelijke rente en zakelijke aflossingsvoorwaarden te hanteren. Vergeet niet om zekerheden te vragen en pas zo nodig een bestaande leningovereenkomst aan.

De vastgelegde afspraken moeten uiteraard worden nagekomen. Als de bv niet voldoet aan de aflossings- of renteverplichtingen komt de lening in een ander daglicht te staan.

Bron: Overig | publicatie | 15-11-2018

Categorie: Eindejaarsactualiteiten

  • « Ga naar Vorige pagina
  • Pagina 1
  • Interim pagina's zijn weggelaten …
  • Pagina 122
  • Pagina 123
  • Pagina 124
  • Pagina 125
  • Pagina 126
  • Interim pagina's zijn weggelaten …
  • Pagina 133
  • Ga naar Volgende pagina »

Footer

Contactgegevens

Torenstraat 48
8501 BW Joure
0513 – 41 34 44

info@vanderwalbergsma.nl

Documenten

Disclaimer
Algemene voorwaarden
Privacy verklaring
Privacy voorwaarden
Klachten
Klokkenluidersregeling

Lidmaatschappen

Webdesign: Reclamebureau "Studio Daan & Ed"