• Spring naar de hoofdnavigatie
  • Door naar de hoofd inhoud
  • Spring naar de voettekst
0513 – 41 34 44
Van der Wal & Bergsma

Van der Wal & Bergsma

Accountants | Belastingadviseurs

  • Wat wij doen
  • Werken bij
  • Nieuws
  • Contact

Successiewet

Uitbreiding aandelenbelang telt niet mee voor vijfjaarstermijn bor

oktober 23, 2025 by VDWB

Wie aandelen schenkt met toepassing van de bedrijfsopvolgingsregeling (bor), moet rekening houden met de vijfjaarstermijn. Volgens hof 's-Hertogenbosch geldt deze termijn niet alleen voor het oorspronkelijke aandelenbelang, maar ook voor elke uitbreiding daarvan.

Vijfjaarstermijn

De bor biedt een vrijstelling van schenkbelasting bij overdracht van ondernemingsvermogen. Een voorwaarde is dat de schenker de aandelen minimaal vijf jaar in bezit heeft en dat het bedrijf gedurende die periode een onderneming heeft gedreven. Deze vijfjaarstermijn kent twee aspecten. De directe bezitstermijn voor de aandelen zelf en de indirecte bezitstermijn voor de onderneming. Het arrest verduidelijkt hoe de indirecte termijn geldt bij uitbreiding van aandelenbelangen.

Schenking via houdstervennootschap

Een vader bezit via zijn houdstervennootschap ‘Beheer bv’ alle aandelen in drie werkmaatschappijen. In 2019 schenkt hij certificaten van aandelen in Beheer bv aan zijn kind met een beroep op de bor. De Belastingdienst wijst de bor gedeeltelijk af. Beheer bv heeft in 2016 haar belang in werkmaatschappij A uitgebreid van 95 naar 100% en in 2014 haar belang in werkmaatschappij B vergroot van 20 naar 33%. Deze uitbreidingen vallen binnen de vijfjaarstermijn.

Niet voor uitbreidingen

Het hof oordeelt dat de bor niet van toepassing is op de waarde van de uitgebreide aandelenbelangen. De vijfjaarstermijn geldt ook voor elke uitbreiding van het aandelenbelang. Het hof legt uit dat sprake is van uitbreiding van subjectieve gerechtigdheid. Beheer bv verwerft meer aandelen in bestaande werkmaatschappijen, waardoor haar gerechtigdheid tot die ondernemingen toeneemt. Dit verschilt van een situatie waarin een onderneming zelf groeit door aankoop van activa. Bij uitbreiding van aandelenbelangen binnen de vijfjaarstermijn is de bor niet van toepassing op het uitgebreide deel. De bor geldt wel voor het oorspronkelijke belang dat gedurende vijf jaar onafgebroken is gehouden.

Praktische gevolgen voor bedrijfsopvolging

Dit arrest benadrukt dat zorgvuldige planning noodzakelijk is bij bedrijfsopvolging via houdsterstructuren. Wie aandelen wil schenken met toepassing van de bor, moet minimaal vijf jaar wachten na uitbreiding van aandelenbelangen in dochtervennootschappen. Elke wijziging van de participatiegraad start een nieuwe vijfjaarstermijn voor dat uitgebreide deel. Een overzicht van alle aandelentransacties en hun datums helpt bij de beoordeling welk deel van de aandelen wel en niet onder de bor valt.

Bron: Gerechtshof ‘s-Hertogenbosch | jurisprudentie | ECLI:NL:GHSHE:2025:1856 | 01-07-2025

Categorie: Successiewet

Schenkbelasting bij verkoop aan ex, geen natuurlijke verbintenis

juli 24, 2025 by VDWB

Louter persoonlijke overwegingen of gezinsbelangen zijn onvoldoende voor vrijstelling van schenkbelasting. Ondernemers die goederen willen overdragen aan hun partner, ter bescherming tegen crediteuren, doen er goed aan de schenkbelastinggevolgen te beoordelen.

Een echtpaar sluit in 2010 een koopovereenkomst, waarbij de man diverse onroerende zaken aan zijn vrouw verkoopt. Deze prijs is gebaseerd op een bewust lage taxatie vanwege vermeende grondverontreiniging. De inspecteur stelt dat er geen verontreiniging is en legt een aanslag schenkbelasting op aan de vrouw, ter grootte van het verschil tussen de koopprijs en de werkelijke waarde. De vrouw betwist dat er sprake is van een wil tot bevoordeling bij de overdracht. De overdracht is bedoeld om te voorkomen dat de vrouw en de kinderen op straat komen te staan als er problemen ontstaan met de onderneming van haar partner. Daarnaast stelt de vrouw dat als er wel sprake is van een schenking, deze kwalificeert als voldoening aan een natuurlijke verbintenis en daarom is vrijgesteld van schenkbelasting. Zij beroept zich op de verzorgingsgedachte. Haar partner voelt zich moreel verplicht om haar verzorgd achter te laten voor het geval er iets misgaat met zijn onderneming.

Wil tot bevoordeling 

De inspecteur houdt vol dat de wil tot bevoordeling wel degelijk bestaat. Hij stelt dat de overdracht gericht plaatsvindt en dat de bewustheid van het verschil tussen prijs en werkelijke waarde bij de schenker zijn bevoordelingswil impliceert. De inspecteur gaat er bovendien vanuit dat er geen grondverontreiniging aanwezig is bij de onroerende zaken, waardoor het verschil tussen de overeengekomen koopprijs en de werkelijke waarde aanzienlijk groter is dan door partijen wordt aangegeven. Volgens de inspecteur vormt dit verschil een belastbare schenking die niet kwalificeert als voldoening aan een natuurlijke verbintenis.

Natuurlijke verbintenis

Het gerechtshof bevestigt dat sprake is van een wil tot bevoordeling. Het hof leidt dit af uit het feit dat de man de verkoop initieert, de taxateur opdracht geeft zo laag mogelijk te taxeren, dat er een huwelijksrelatie bestaat en dat de vrouw zelf aangeeft dat haar partner haar 'niet onbemiddeld' wil achterlaten. Ten tweede oordeelt het hof dat de vrouw niet aannemelijk maakt dat sprake is van een natuurlijke verbintenis. Hoewel de verzorgingsgedachte een rol speelt, is volgens het hof niet voldaan aan het vereiste van een "dringende morele verplichting van zodanige aard dat naleving daarvan naar maatschappelijke opvattingen als voldoening van een aan die ander toekomende prestatie moet worden aangemerkt". Het hof verklaart het hoger beroep ongegrond en bevestigt de schenkbelasting.

Bron: Gerechtshof ‘s-Hertogenbosch | jurisprudentie | ECLI:NL:GHSHE:2025:989 | 08-04-2025

Categorie: Successiewet

Foutieve omschrijving maakt aanslag erfbelasting niet nietig

juni 5, 2025 by VDWB

Een vrouw ontvangt een aanslag erfbelasting naar aanleiding van haar legitieme portie na het overlijden van haar vader. Op het aanslagbiljet vermeldt de Belastingdienst echter ten onrechte dat zij een legaat heeft ontvangen. De vrouw vreest problemen met de Franse belastingdienst en eist vernietiging van de aanslag. Het gerechtshof wijst, net als de rechtbank, haar eis af en oordeelt dat een administratieve fout in de omschrijving van de aanslag geen nietigheid van de aanslag tot gevolg heeft. 

Administratieve fout 

De Belastingdienst erkent dat er sprake is van een administratieve fout. Op het aanslagbiljet staat inderdaad ten onrechte 'legaat', waar 'legitieme portie' had moeten staan. Deze fout doet echter niet af aan de juistheid van de materiële belastingschuld. De vrouw is correct aangeslagen over hetgeen zij krachtens erfrecht heeft verkregen. De wijze waarop zij heeft verkregen, is irrelevant voor de heffing van erfbelasting.

Vereisten aanslag

Erfbelasting wordt geheven over hetgeen een persoon verkrijgt, ongeacht de juridische grondslag daarvan. Omdat de vrouw bevestigt dat de aanslag tot het juiste bedrag is opgelegd, bestaat er geen reden voor vernietiging. Het hof verwijst naar recente jurisprudentie van de Hoge Raad over de eisen waaraan een geldig aanslagbiljet moet voldoen. Essentieel is dat het biljet vermeldt wie de belastingschuldige is, wat de hoogte van de belastingschuld is, hoe betaald moet worden en binnen welke termijn.

Het onderhavige aanslagbiljet voldoet aan deze minimale eisen. De foutieve specificatie in de toelichting maakt dit niet anders. Er is geen sprake van strijdigheid met de grondwet of algemene beginselen van behoorlijk bestuur. De materiële belastingschuld is wel degelijk geformaliseerd in een rechtsgeldige belastingaanslag.

Nietigheid aanslag

Administratieve onjuistheden in de omschrijving maken een aanslag niet automatisch nietig, zolang de essentiële elementen correct zijn vermeld. Voor de erfbelasting is bepalend wat iemand krachtens erfrecht verkrijgt, niet op welke juridische grondslag. In deze zaak maakte de fout geen materieel verschil, omdat zowel legaten als legitieme porties onder hetzelfde belastingregime vallen. 

Dit betekent niet dat elke foutieve omschrijving irrelevant is. Bij andere fouten kan de uitkomst anders zijn. Denk aan verkeerde belastingsoort, verkeerd jaar, verkeerde belastingplichtige of verkeerde grondslag die tot andere belastingconsequenties leidt.

Bron: Gerechtshof ‘s-Hertogenbosch | jurisprudentie | ECLI:NL:GHSHE:2025:540 | 25-02-2025

Categorie: Successiewet

Schenking in 2024? Aangifte schenkbelasting voor 1 maart

februari 13, 2025 by VDWB

Bij het ontvangen van een schenking is het meestal verplicht om aangifte te doen bij de Belastingdienst en schenkbelasting te betalen. Of aangifte nodig is, hangt af van de hoogte van het bedrag. Aangifte is in ieder geval nodig als de waarde van de schenking hoger is dan de vrijstelling. Ook als er door toepassing van een verhoogde vrijstelling geen schenkbelasting verschuldigd is, is het nodig om aangifte te doen.

De aangifte schenkbelasting over schenkingen in 2024 moet voor 1 maart 2025 bij de Belastingdienst zijn. Vanaf 1 maart 2025 is het mogelijk om aangifte schenkbelasting te doen over schenkingen in 2025.

Bron: Belastingdienst | persbericht | 29-01-2025

Categorie: Successiewet

Kwijtschelding schuld ex-partner is belaste schenking

januari 16, 2025 by VDWB

Rechtbank Zeeland-West-Brabant heeft het beroep beoordeeld van een belanghebbende tegen de aan hem opgelegde aanslag schenkbelasting. De kern van het geschil betrof de kwijtschelding van een schuld door de ex-echtgenote van de belanghebbende, die door de inspecteur als een belastbare schenking wordt beschouwd.

De rechtbank oordeelt dat de kwijtschelding inderdaad als een schenking kwalificeert, omdat de ex-echtgenote de schuld uit vrijgevigheid heeft kwijtgescholden. De rechtbank acht aannemelijk dat de ex-echtgenote bewust de belanghebbende wilde bevoordelen en dat deze wil tot bevoordeling aanwezig was. De argumenten van de belanghebbende dat de kwijtschelding voortkwam uit een morele verplichting om de continuïteit van de onderneming te waarborgen, worden door de rechtbank verworpen. Er is onvoldoende bewijs geleverd dat er sprake was van een natuurlijke verbintenis die de kwijtschelding zou rechtvaardigen.

Bron: Rechtbank Zeeland-West-Brabant | ECLI:NL:RBZWB:2024:8411 Mon, 09 Dec 2024 00:00:00 +0100

Categorie: Successiewet

Te late aangifte erfbelasting leidt tot belastingrente

januari 9, 2025 by VDWB

De rechtbank Zeeland-West-Brabant is van oordeel dat de inspecteur terecht belastingrente in rekening heeft gebracht bij een aanslag erfbelasting. Door meerdere sterfgevallen in de familie en een vergissing van de notaris is de aangifte erfbelasting enkele dagen te laat ingediend. De rechtbank oordeelt dat de wet geen ruimte biedt voor verschoonbaarheid van termijnoverschrijding bij het indienen van een aangifte erfbelasting. De wetgever heeft duidelijk bepaald dat de aangifte binnen acht maanden na het overlijden moet zijn ontvangen door de Belastingdienst om berekening van belastingrente te voorkomen.

De belanghebbende voerde nog aan dat de periode, waarover belastingrente is berekend, onredelijk lang was. De rechtbank wees dit argument af. De wetgever heeft expliciet bepaald dat de renteperiode aansluit bij de termijn van het invorderbaar worden van de aanslag.

Bron: Rechtbank Zeeland-West-Brabant | ECLI:NL:RBZWB:2024:8401 Mon, 09 Dec 2024 00:00:00 +0100

Categorie: Successiewet

  • Pagina 1
  • Pagina 2
  • Pagina 3
  • Interim pagina's zijn weggelaten …
  • Pagina 5
  • Ga naar Volgende pagina »

Footer

Contactgegevens

Torenstraat 48
8501 BW Joure
0513 – 41 34 44

info@vanderwalbergsma.nl

Documenten

Disclaimer
Algemene voorwaarden
Privacy verklaring
Privacy voorwaarden
Klachten
Klokkenluidersregeling

Lidmaatschappen

Webdesign: Reclamebureau "Studio Daan & Ed"